Het fonds werd opgericht door de Vlaamse regering in samenspraak met de huurdersbonden en het Algemeen Eigenaarssyndicaat en komt tussenbeide wanneer de huurder de verhuurder niet kan betalen. Verhuurders zijn beschermd tegen wanbetalingen, terwijl huurders beschermd worden tegen een onmiddellijke uitzitting.
Het initiatief voor het huurgarantiefonds is er gekomen omdat steeds meer huurders uit hun huis gezet werden wegens wanbetalingen.
Bescherming voor verhuurder en huurder.
Een verhuurder kan een wanbetaler niet zomaar uit de gehuurde woning zetten; hij moet daarvoor een procedure starten bij de vrederechter.
Als hij daarnaast ook de achterstallige huur wil krijgen moet er een ontbinding van de huurovereenkomst aangevraagd worden bij diezelfde vrederechter. Een huurwaarborg dient immers niet om achterstallige huur te compenseren; dit is enkel mogelijk in het geval van schade. Dankzij het huurgarantiefonds zouden verhuurders het volledige huurbedrag kunnen krijgen, ook al kan de huurder tijdelijk niet betalen.
Huurders zijn beschermd tegen een onmiddellijke uitzetting. Als de huurder immers door bepaalde omstandigheden, zoals ziekte, werkloosheid, etc. zijn huur niet kan betalen, zal het huurgarantiefonds het verschil bijpassen.
Uiteraard heeft de bescherming van het huurgarantiefonds enkele voorwaarden.
De huurder moet in ruil voor de bescherming tegen onmiddellijke uitzetting een schuldafbetalingsplan aanvaarden dat door de vrederechter opgelegd wordt.
De verhuurders kunnen per huurcontract 75 euro in het fonds storten, in ruil voor een tussenkomst bij wanbetaling. Voorlopig is deze storting niet verplicht.
Voor meer details en informatie kunt u terecht bij Immo-Europe. Zij volgen de wetgeving en de wijzigingen op de voet.