Het Grondwettelijk Hof heeft de afbraakbepaling binnen het appartementsrecht vernietigd. Met andere woorden: op dit moment heb je weer een 100% meerderheid nodig om over te gaan tot de afbraak en heropbouw van een appartementsgebouw. Dat zal zo blijven tot… de wetgever zijn huiswerk opnieuw heeft gemaakt.
In het nieuwe appartementsrecht, dat op 01/01/2019 in werking trad, volstond een 4/5de meerderheid volstond op voorwaarde dat de afbraak nodig is voor de hygiëne, voor de veiligheid of bij disproportionele renovatiekosten aan het gebouw. Op zicht heeft het Hof niets tegen die versoepeling. Het oordeelde dat de wetgever wel degelijk rekening had gehouden met het belang van de mede-eigenaar die gekant is tegen een beslissing tot afbraak.
Maar het Grondwettelijk Hof wil bijkomende waarborgen. Zo stelt het Hof expliciet dat, gezien de bepaling ter zake ertoe kan leiden dat een mede-eigenaar afstand moet doen van zijn eigendomsrecht, de VME haar beslissing op eigen initiatief kenbaar moet maken bij de vrederechter en dat de vrederechter de wettigheid van de beslissing kan beoordelen. De vrederechter kan hierbij aan een deskundige advies vragen over de geschiktheid van het compensatiebedrag.
Als deze waarborg kan worden ingevuld kan de 4/5 meerderheidsregel dus in principe opnieuw in werking treden.
Algemeen wordt nu verwacht dat de wetgever zijn huiswerk opnieuw zal maken. Dit kan eigenlijk door de melding bij de vrederechter op te nemen in de procedure. In afwachting daarvan geldt de “oude” 100% meerderheidsregel.
Wordt ongetwijfeld vervolgd!